Kip aan een touwtje

'Kip aan een touwtje' en meer

"Hoe gek zal het zijn, verhuizen naar Frankrijk?", vroeg ik mezelf af toen we de knoop hadden doorgehakt over het al dan niet kopen van Boulède. Frankrijk is tenslotte geen onbekend terrein voor ons. We gaan er het hele jaar door graag en regelmatig naartoe. En vele Nederlanders met ons: in 2000 namelijk 2,2 miljoen landgenoten!. Maar er gaan wonen moet een ander verhaal zijn. Een verhaal wellicht dat u als lezer zou kunnen boeien. Want hoe zal het zijn om je 'roots' achter te laten in de klei van het land waarmee je met hart en hoofd verbonden bent. Om je vervolgens in een nieuw land met een andere cultuur en gewoonten te vestigen. Onbekend, spannend en het zal zeker niet altijd makkelijk zijn.

Een vleugje geschiedenis

Wat Boulède voor ons, naast haar ongekende schoonheid van huizen 'en pierre' (beige, krijtachtige steensoort) en een prachtige begroeiing, bijzonder maakt is het vleugje geschiedenis dat ze met zich meedraagt. Ruim tweehonderdvijftig jaren telt ons gehuchtje. De oudst gevonden steen dateert van 1750 . Voordat Boulède in de oorlogsjaren (1942) in het bezit van de Franse familie Decroix kwam, die er zestig jaar familiegeschiedenis aan meegaf, was het een zogenaamde "mayné": streektaal voor ambachtsliedendorpje. In onze huizen waren de voor dit platteland typische ambachten gehuisvest, zoals een vigneron (wijnbouwer), tonnelier (kuiper), forgeron (smid), zijn ouvrier (arbeider, knecht), menuisier (timmerman), eleveur de chèvres (geitenfokker) en een couturière (kleermaakster). Een bedrijvig geheel dus. Zeker is dat met zo'n historie de keuze voor de naam van ons "hameau de vacances" en de namen van onze "gîtes" niet moeilijk zal zijn.

Duizend-en-één dingen

Terug naar de huidige tijd. Van geïmporteerde "Ammersenaren" in ons dorp Ammerstol zijn we nu eveneens geïmporteerde "Monflanquinois" [:Monflankienoi] in Monflanquin geworden. De eerste vier weken van ons verblijf hier gaan in sneltreinvaart aan ons voorbij. We regelen duizend-en-één dingen om ons een beetje comfortabel te installeren in een van de huizen en het gewone leven met telefoon, post, bankrekening, verbouwingsplannen maken en naar school gaan hier op gang te helpen. Gelukkig voor ons en voor onze meiden, Danne en Fien, zijn de opa's en oma's er de eerste drie weken nog bij. Dat is een prettige overgang naar het echte leven met zijn vieren.

Gewoon is anders

Alle voorheen gewone dagelijkse dingen zijn in het begin 'anders'. Echt alles wat je hoort, doet en ziet is nieuw en voelt nieuw. Opstaan en naar buiten kijken, boodschappen doen, het voorstellen aan je buren (veelal een paar 100 m. verderop), ontmoetingen met inwoners van Monflanquin, Danne naar school brengen, de postbode mét alpinopet die ons bijna dagelijks tegelijk met de stapel post vriendelijk de hand schudt en "hoe gaat het?" roept. Ook niet alles werkt gelijk of zoals je gewend bent: onze bovengrondse telefoonlijn is gebroken vanwege een omgewaaide boom, een vrachtwagen met olie komt onze tank vullen omdat onze CV olie gestookt is en de ketel die vervolgens de boel warm moet stoken is een overigens prima werkend gietijzeren 'bakbeest' dat in een museum niet zou misstaan.

Ongewoon is elders traditie

En dan de meer ongewone zaken, althans in onze Nederlandse ogen. Op de wekelijkse markt in Monflanquin zien we, gewend als we zijn aan kant-en-klare producten, een marktkoopman die de poten van een grote eendensoort bijeen bindt en de klant die het enorme pakket van minsten 8 kilo doodgemoedereerd in zijn rieten boodschappenmand opbergt. Danne en Fien kijken met grote ogen naar wat er gebeurt. En lijkt het maar zo? Of zie ik een paar waterlanders in de ogen van Fientje die deze portie dierenleed (nog) niet kan verdragen?

Wat dat betreft konden de meiden hun lol nog op

Want in het weekend hadden we een traditioneel dorpsfeest: la fête de St. André. En één van de bezienswaardigheden daar was het roosteren van zo'n 300 kippen aan een touwtje boven een groot houtvuur! Het spreekt voor zich dat we met het hele dorp gesmuld hebben tijdens de traditionele boerenmaaltijd.

© 2003 Karen Kommer - de Graaff

Eind maart 2002 stuitten Rolf en Karen Kommer bij toeval op een droomplek in Zuid-West Frankrijk; het gehuchtje Boulède in het departement Lot-et-Garonne. Rolf en Karen zagen dat dit een uitgelezen plek was voor een pittoresk en kleinschalig vakantieparkje. Begin november 2002 emigreerden zij samen met hun dochters Danne (4) en Fien (2) naar een nieuw leven in Frankrijk. Een jaar lang schrijft Karen over hun belevenissen - de leuke dingen én de obstakels - in het land van de alpinopet, het stokbrood en de croissants.

Wij gebruiken cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren, het webverkeer te analyseren en om gerichte advertenties te kunnen tonen via derde partijen. Als u akkoord gaat met ons gebruik van cookies, klikt u op "Alle cookies toestaan".

Wilt u meer weten over cookies, kijk dan op privacy bepalingen