Een Parijse ochtend
Een Parijse ochtend, badend in het gouden licht van de opkomende zon. De geur van verse croissants en sterke koffie hangt in de lucht, vermengd met het gefluister van pas ontwaakte Parijzenaren op weg naar hun dagelijkse beslommeringen.
Op het terras van Café de Flore, een Parijs instituut aan de Place Saint-Michel, geniet ik van mijn ontbijt. De zon streelt mijn gezicht terwijl ik knabbel aan een croissant met jam en de krant lees. Het gekabbel van de fontein op het plein creëert een rustgevende achtergrondmuziek voor de drukte van de stad die langzaam op gang komt.
Aan het tafeltje naast me zit een oudere dame met een rode hoed en een chique bril. Ze leest aandachtig de krant, haar gezicht gefronst bij het lezen van de nieuwste politieke ontwikkelingen. Aan een ander tafeltje zitten twee jonge toeristen druk te praten en te gebaren terwijl ze selfies maken met de Eiffeltoren op de achtergrond. Hun opwinding over hun reis is aanstekelijk en brengt een glimlach op mijn gezicht.
Ik neem een slok van mijn café au lait, genietend van de bittere smaak die perfect samengaat met de zoete jam van mijn croissant. De warme koffie stroomt door mijn lichaam en geeft me energie voor de dag die voor me ligt.
Mijn blik dwaalt over de boulevard Saint-Germain des Prés. De bomen ritselen zachtjes in de wind en de straatmuzikant verderop speelt een melancholisch liedje op zijn accordeon. De melodie zweeft door de lucht en mengt zich met het geroezemoes van de mensen op het terras.
Ik pak mijn boek uit mijn tas en sla het open. De woorden vloeien over me heen en ik vergeet alles om me heen. Ik ben op reis, in Parijs, op een terrasje in de zon. Wat kan het leven meer bieden?
Na een tijdje sluit ik mijn boek en doe mijn ogen even dicht. Ik geniet van de warme zon op mijn huid en de geluiden van de stad. Het gekwetter van de mussen in de bomen, het getoeter van auto's in de verte, het geroezemoes van stemmen op het terras. Al deze geluiden vormen samen een symfonie van het Parijse leven.
Ik voel me voldaan en gelukkig. Ik ben hier, in dit moment, in deze prachtige stad. En dat is alles wat telt.
Ik pak mijn tas en sta op. Het is tijd om de stad te verkennen. Ik loop langs de boulevard en sla een zijstraat in. Al snel verdwaal ik in een doolhof van smalle straatjes met charmante boetiekjes, gezellige cafés en historische bezienswaardigheden.
Ik dwaal urenlang rond, zonder doel of plan. Ik geniet van de sfeer, de mensen en de architectuur. Parijs is een stad die je betovert en niet meer loslaat.
Tegen de avond beland ik op een terrasje in Montmartre. De zon begint al onder te gaan en de stad kleurt zich in prachtige pasteltinten. Ik bestel een glas wijn en geniet van het uitzicht over de stad.
De Eiffeltoren glinstert in de verte, een symbool van romantiek en avontuur. De daken van de huizen strekken zich uit zover het oog reikt, een wirwar van rode bakstenen en schoorstenen.
Parijs is magisch, denk ik. Een stad waar dromen werkelijkheid worden.
Ik neem een laatste slok van mijn wijn en sta op. Het is tijd om naar huis te gaan. Maar ik weet dat ik terug zal komen. Naar Parijs, naar het terrasje op Place Saint-Michel, naar de stad van de liefde.
De herinnering aan deze dag zal me altijd bijblijven, een warme gloed in mijn hart. De zon op mijn gezicht, de geur van koffie, het gekabbel van de fontein, de geluiden van de stad. Dit is Parijs, en het heeft me betoverd.
© Jan van der Mars,
Utrecht 2024